Kurt Baruch

Kurt Baruch werd in Göttingen, Duitsland, geboren op 1 augustus 1913 en overleed in Den Haag op 1 december 2001. Hij was tijdens de Tweede Wereldoorlog actief in het verzet in Rotterdam en Deventer.

Kurt was de zoon van Abraham Baruch (Bellingwolde, 9 april 1875 – Sobibor, 14 mei 1943) en Bertha Jacobssohn (Nordheim, 8 mei 1871 – Sobibor, 14 mei 1943). De ouders van Kurt waren in 1902 vanuit Nederland naar Göttingen verhuisd. Abraham vestigde daar een slachterij (runderen, kalveren en af en toe schapen) en vanaf 1913 was die én de woning van de familie Baruch gevestigd op de Düstere Straße 10/11 in het centrum van Göttingen. Kurt groeide daar op.
Op 5 mei 1933, de dag na de verkiezing van Hitler, werden de ruiten van de zaak ingeslagen, zoals ook met de meeste andere Joodse zaken in deze plaats gebeurde.
Abraham Baruch bezat het Nederlandse staatsburgerschap en schreef het Nederlandse consulaat aan. Het consulaat verzocht de politie van Göttingen om een stellingname over dit voorval. De politie liet echter weten dat een en ander te wijten was aan de politieke richting van de familie Baruch. Abraham Baruch was communist en zoon Kurt had een leidende rol in de Kommunistische Partei Deutschlands.  Er volgde eind mei nog een aanslag op de zaak en er volgde een correspondentie van het consulaat met de regeringspresident met de eis de zaak voor verdere aanslagen te beschermen. Kurt wachtte een verdere escalatie niet af en hij vluchtte op 13 mei 1933 naar het veilig geachte Nederland. Ook de rest van het gezin vertrok naar Nederland en ging in Twello wonen.
Op 7 december 1938 trouwde Kurt met Annalise (Ann) Jacob (Pattensen, 20 augustus 1911), dit was om voor haar de Nederlandse nationaliteit te verwerven. Op het moment van het huwelijk was Ann nog in Duitsland en Kurt trouwde dus in Amsterdam ‘met de handschoen’. Ann kwam naar Nederland, werd vanuit Nederland gedeporteerd en overleefde de oorlog niet, ze kwam om in Midden-Europa op 30 september 1944. Zeker is dat niet, het kan ook zijn dat ze in Auschwitz vermoord werd. Er is een brief waarin gemeld wordt dat Ann nog in een kamp gezien is, vanuit deze mededeling wordt vermoed dat het Auschwitz betreft.

In zijn Rotterdamse tijd, waarin Kurt op de Mathenesserweg 61 woonde, werkte hij samen met Isaac Brücker. Dat was een compagnon en in de Rochussenstraat hadden ze een ceintuurfabriek waarvan de verdenking bestond dat er Joodse onderduikers zaten. Over Kurt is bekend dat hij persoonsbewijzen vervalste in deze periode. Kurt en Isaac werden opgepakt nadat de fabriek door de nazi’s in de gaten was gehouden en bij de arrestatie vroeg Kurt of hij zijn jas mocht uitdoen. Daarmee lukte het hem om te ontsnappen. Ook Isaac rukte zich in de consternatie los en sprong op een rijdende tram op de Binnenweg. Daarop werd er geschoten door de Duitsers waarbij een matroos dodelijk werd getroffen. Er volgde een opsporingsbevel voor Kurt en Isaac.

Of Kurt direct na het voorval naar Deventer trok is niet bekend, maar wel is hij daar in het verzet actief geworden. Zo pleegde hij een aanslag op het postkantoor van Deventer. Kurt overleefde de oorlog en heeft onder andere ondergedoken gezeten bij de ouders van zijn schoonzus in Bergen.
Na de oorlog heeft Kurt voor zover bekend niet in loondienst gewerkt; hij had een fabriek in handschoenen (volgens sommigen was dat om geld door te sluizen naar de CPN) en daarna een naaimachinewinkel in Delft. Hij bleef actief en repareerde in de zaak in Delft met studenten naaimachines die dan naar Vietnam werden verscheept.
Tot het eind van zijn leven bleef hij contact houden met een aantal van deze studenten. Rond 1973 heeft hij (in eerste instantie weigerde hij dit) aanspraak gemaakt op een oorlogspensioen: dit stelde hem in staat zijn eerdere passie om een creatief vak uit te oefenen na te jagen; hij nam les bij de vrije academie en werd kunstenaar; eerst schilder, later beeldhouwer. Er staan onder andere beelden van hem in het gemeentehuis Deventer (in de Eerste Schrijfkamer, het beeld ‘Vluchtende Vrouw’) en een bij het crematorium van Rijswijk.

Verder lezen:
Deventer Slordigheden
Friedl Baruch op www.joodsamsterdam.nl
Annalise Baruch – Jacob op www.joodsmonument.nl

 

bron:
www.sobibor.de, lemma familie Baruch (geraadpleegd 15 januari 2018),
Joods Biografisch Woordenboek, lemma Baruch, Kurt, 1913 – 2001 (geraadpleegd 15 januari 2018)
opsporingsbericht met dank aan Ellen Roos-Brücker.
aanvullingen 16 januari 2018 met dank aan Robbert Baruch
Uta Schäfer-Richter, Jörg Klein, Die jüdischen Bürger im Kreis Göttingen, 1933-1945: ein Gedenkbuch, 34
informatie beeld ‘Vluchtende Vrouw’ via http://www.levenindeventer.nl/nieuws/27864/onthulling-bordje-bij-het-poortje-van-pach, met dank aan L Rutgers.

Illustratie:
opsporingsbericht met dank aan Ellen Roos-Brücker.

gepubliceerd:
18 december 2017

laatst bijgewerkt:
25 april 2021