Marx & Co.’s Bank

1874

Marx & Co’s Bank was een in Rotterdam gevestigde bank die achtereenvolgens op locaties als de Wijnhaven, de Wijnstraat en de Zuidblaak 58 gevestigd was. Het was een middelgrote bank die in 1869 als wissel- en effectenkantoor Marx & Co’s werd opgericht door Benjamin Marx (Keulen, 22 september 1845) en zijn compagnons. Benjamin was gehuwd met Antonia Maria Anna Wolff (Mainz, 4 december 1845) en zij kregen een zoon Alfred Jacques (Rotterdam, 23 december 1880 – Auschwitz, ). Het gezin Marx woonde van 1869 – 1878 op de Mauritsweg 58, daarna op de Westerkade 34. Alfred studeerde rechten, werd eveneens bankier en later rechter. Alfred was gehuwd met Josepha Valentine Henschel (Berlijn, 22 juli 1889 – Zeist, 29 juni 1979). Dit gezin woonde op de Schiedamsesingel 58a, daarna op de Kruiskade 92b en vervolgens op de Brouwerijsteeg 2a, om de hoek van de bank, en dit gezin woonde op de Oranjelaan in Kralingen. Lees verder over Alfred Jacques.
Een van de compagnons in het bedrijf was de broer van Benjamin, Moritz (Keulen, 15 december 1847 – Rotterdam, 16 oktober 1888).

De bank ontwikkelde zich van een wissel- en effectenkantoor tot een bank. In 1906 werd het bedrijf door Benjamin Marx en mededirecteur P.J. van Ommeren omgezet tot een naamloze vennootschap Marx & Co’s Bank en dit betekende het begin van een stormachtige expansie. Binnen jaar kon de bank zich qua grootte meten met de handelsbanken. De Eerste Wereldoorlog vormde de kentering van het bedrijf. Er werden grote kredieten verstrekt aan groentedrogerijen en een machinefabriek en toen na de Eerste Wereldoorlog een financiële malaise uitbrak vormden deze kredieten een blok aan het been. Verder was er een groot krediet van ƒ 2.000.000,– verstrekt aan het noodlijdende bedrijf Nederlandse Spitsbergen Compagnie (Nespico) en een bedrag van ƒ 500.000,– aan aandelen in hetzelfde bedrijf. Nespico ging in liquidatie en Marx was flink betrokken bij de reorganisatie van dat bedrijf. In juli/augustus 1921 staken er geruchten over de bank op, wat resulteerde in een bankrun. Meer dan de helft van de ingelegde tegoeden werden door de eigenaren opgehaald. Om faillissement te voorkomen voert Marx overleg met de Amsterdamsche Bank, de firma R. Mees & Zoonen en de Rotterdamsche Bankvereeniging.  De laatste twee gaan in overleg met De Nederlandsche Bank en men besluit de tegoeden van de crediteuren te garanderen. Het redden van de bank komt tegen een hoge prijs, het kost De Nederlandsche Bank een bedrag van bijna ƒ 27 miljoen. De bank valt niet om, maar wordt de facto beëindigd in 1922 en De Nederlandsche Bank is de liquidatrice van de Marx & Co’s Bank. Het bedrijf werd op 31 december 1970 geheel opgeheven.

Trivia
Het stadspaleis aan de Kneuterdijk 13 werd in 1907 verbouwd tot het Haagse kantoor van deze bank.

 

 

Bron:
Stadsarchief Rotterdam, bevolkingsregister (Moritz)
Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart (Benjamin)
Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart (Alfred Jacques)

Josepha Valentine Henschel via https://www.geni.com/people/Josepha-Valentine-Marx/6000000002765635799 (geraadpleegd 14 januari 2019).
Nationaal Archief, Inventaris van het archief van de Marx & Co.’s Bank,(1893) 1869 – 1970 (1988) (De Nederlandsche Bank)
“Advertentie”. “De Maasbode”. Onbekend, 16-04-1874. Geraadpleegd op Delpher op 16-01-2019, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB04:000165783:mpeg21:a0017
Haagse kantoor via https://anemaa.home.xs4all.nl/ges/straten/kneuterdijk_13.htm (geraadpleegd 17 januari 2019)

illustratie:
“Advertentie”. “De Maasbode”. Onbekend, 16-04-1874. Geraadpleegd op Delpher op 16-01-2019, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB04:000165783:mpeg21:a0017

laatst bijgewerkt:
11 september 2019