Atjehstraat 55b – Sara wordt in de vroege ochtend thuis opgehaald

– Isaac van der Sluijs
(Rotterdam, 19 juni  1897 – Auschwitz, 30 september 1942) – 45 jaar

– Sara van der Sluijs-Meijer
(Gorinchem, 17 april 1892 – Auschwitz, 30 september 1942) – 50 jaar


Isaac van der Sluijs, geboren in Rotterdam, wordt als derde kind geboren in een gezin van dertien kinderen. Zijn ouders, Joseph (1861) en Aaltje van der Sluijs-Lusse (1871) schelen tien jaar. Het gezin woont eerst in de Raamstraat 13. Naast negen zussen heeft hij ook drie broers. Een aantal kinderen worden niet ouder dan een jaar. Als zijn jongste broer Nathan (1915) wordt geboren is Isaac al achttien jaar.

Stadsarchief Rotterdam, beeld en geluid. Foto IX-2614-01-1 De Raamstraat, uit het oosten. Op de achtergrond de Coolsingel met schouwburg Tivoli. Bernard Heinrich Wilhelm (Henri) (B.H.W.) Berssenbrugge, 13/09/1873-04/05/1959, Collectie Henri Berssenbrugge, toegangsnummer 4113.

Zijn tien jaar jongere zus Sientje van der Sluijs (1907) zal later trouwen met Hendrik de Wolff. Het verhaal van dit gezin, dat woonde op de Sumatraweg 14a wordt hier beschreven

Een eerste huwelijk met Elisa
Isaac trouwt, als hij 25 jaar is, met de vier jaar oudere Elisa Maria Barbera Smits (1893) uit Ravenstein. Ze is Rooms-katholiek. Elisa heeft al een zoon, Erwin Smits, die op 16 december 1913 in Krefeld werd geboren, een stad aan de Rijn in de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen. Op haar gezinskaart staat dat ze verklaart het kind te Krefeld erkend te hebben. Isaac werkt als expeditie-knecht, straatventer en koopman.
Het huwelijk houdt geen stand. Na vier jaar wordt in 1926 de scheiding uitgesproken. Elisa hertrouwt op 15 december 1927 met de Rotterdamse broodbakker Jacob Adrianus Groeneveld.

Een tweede huwelijk met Sara
Het duurt tien jaar voor Isaac, op 5 augustus 1936, opnieuw in het huwelijk treedt. Hij trouwt met Sara Meijer. Ze is op 17 april 1892 in Gorinchem geboren en is de jongste uit een gezin van zes kinderen. Ze heeft een broer en vier zussen. Abraham (1873), Hendrika (1890), Naatje (1887), Johanna (1885), en Sophia (1882). Naatje overlijdt als ze twee jaar oud is. Haar vader Meijer, geboren in Dodewaard, wordt slager. Haar moeder Elisabeth is in Gorinchem geboren, waar het gezin zich ook na de geboorte van zoon Abraham vestigt. Zoon Abraham treedt in de voetsporen van vader en wordt slager.

Sara werkt als dienstbode
Voordat Sara Isaac leert kennen, heeft ze al een heel leven achter de rug. Als ze twintig jaar is, verruilt ze haar geboorteplaats Gorinchem voor Amsterdam. Daar gaat ze, vanaf mei 1912, werken als dienstbode in het gezin van Isak Elkan van Polen en Rebecca Wins, die drie dochters hebben, Sara, Roza en Bertha. Dat duurt maar twee maanden. Ze wordt ambtshalve ingeschreven. Vier jaar later, in 1916, werkt ze nog een jaar in hetzelfde gezin. Voor jonge vrouwen is het in die tijd gebruikelijk om in hun onderhoud te voorzien of een bijdrage te leveren in het gezin waar ze uit kwamen. Het zou ook een goede voorbereiding op het huwelijksleven zijn. Bij Sara bleef een huwelijk echter nog even uit.

Van Amsterdam naar Rotterdam
De zus van Sara, Hendrika, woont ook in Amsterdam. Zij is getrouwd met broodbakker Lodewijk van Stedum en ze krijgen vier kinderen. Mozes, Elisabeth, Johanna en Meijer Lodewijk. Nichtjes en neefjes van Sara.

Dit gezin vestigt zich in 1927 in Rotterdam, in de Eleonorastraat 33a die liep van de Goudsesingel naar de Lange Warande. Een straat die tijdens het bombardement verwoest is, evenals de Kruisstraat waar het gezin vanaf 1939 woont. Op 27 juli 1940, na het bombardement, vinden ze een huis op de Burgemeester Meineszlaan 38b. Het feit dat haar zus naar Rotterdam verhuist, zal voor Sara een reden zijn geweest om ook richting Rotterdam te gaan. Het wordt de stad waar ze Isaac ontmoet.

Een tweede huwelijk met Sara
Isaac woont op verschillende adressen in Rotterdam, voordat hij op 5 augustus 1936 met Sara trouwt. Sara is 44, Isaac 39 jaar. Vanaf die dag wonen ze in de Tuindersstraat 110b. Deze straat dankt zijn naam aan de vele tuinderijen die in de zeventiende eeuw langs deze, toen nog Tuinderslaan, lagen. De straat liep van de Binnenweg (de huidige Oude Binnenweg) richting de Kruiskade. Op de hoek van de Binnenweg en de Tuindersstraat stonden de statige vertrekken van het manegegebouw, dat in 1937, drie jaar voor het bombardement, verhuist naar het Kralingse Bos. De manege die in 1837 werd opgericht door ruim honderd notabelen voorzag in de behoefte om paard te rijden en elkaar te treffen.

Isaac en Sara wonen niet ver van de kapperszaak Modernes Postiches Kunst-Atelier van Hugo Osterdell en zijn vrouw Antoinette.
In de Tuindersstraat is ook het eerste overdekte zwembad van Rotterdam te vinden. Dichtbij is de levendige Oude Binnenweg waar winkeliers hun waren aanprijzen. Hier wonen ze de eerste vier jaar van hun huwelijk. Tot het huwelijksgeluk ruw verstoord wordt door het bombardement. Ze overleven, maar hun huis is verwoest. Isaac en Sara zijn genoodzaakt om een nieuw onderkomen te vinden.

Stadsarchief Rotterdam, beeld en geluid, PBK-150 Panden aan de Atjehstraat. Op de voorgrond links de Timorstraat en rechts de Veerlaan. In het midden, de kruising met de Lombokstraat. Op de achtergrond de gevels van de huizen aan de Sumatraweg. 1910. Toegangsnummer 4029. Isaac en Sara van der Sluijs-Meijer woonden aan de rechterkant van de straat in het tweede woonblok, met zicht op de Sumatraweg.

Wonen op Katendrecht
Isaac en Sara zijn niet de enigen die op Katendrecht een ander huis vinden. Op 6 juli 1940 verhuizen ze naar de Atjehstraat 55b.
Ruim een maand wonen ze samen met de zus en zwager van Isaac, Sientje de Wolf – Van der Sluijs en haar man Hendrik de Wolff en hun drie kinderen. Hun verhaal vertellen we hier. Het is even heel druk met zijn zevenen op de bovenwoning, tot het gezin op 13 augustus 1940 een eigen woning aan de Sumatraweg 14a betrekt, op een steenworp afstand.

“Op 15 juli 1942 werden de arbeiders vervangen door joodse dwangarbeiders. Het ging vooral om mannen uit de regio en later vanuit de provincie Gelderland. In augustus 1942 werd een groot deel van de dwangarbeiders naar kamp Westerbork gestuurd.” https://joodsewerkkampen.nl/overzicht-joodse-werkkampen/linde

De eerste deportaties in juli 1942 naar kamp Westerbork – en vervolgens naar Oost-Europa – deden onzekerheid en angst bij de Joodse dwangarbeiders toenemen. Sommigen melden zich vrijwillig voor transport naar Westerbork, bang dat ze misschien hun familieleden zouden missen. Anderen namen de benen. De opengevallen plaatsen werden opgevuld met nieuwe arbeidskrachten die vaak nog minder geschikt voor het werk waren. https://joodsewerkkampen.nl/geschiedenis

Isaac gaat naar werkkamp Linde
Volgens de administratie van Kamp Westerbork zat Isaac in werkkamp Linde. In het dorp Linde, ten zuiden van Zuidwolde werd in 1940 in de Linderdennen een werkverschaffingskamp gebouwd. Vanuit dit kamp werden vanaf 1941 werkloze arbeiders ingezet om de woeste gronden voor landbouwdoeleinden geschikt te maken. Tot 15 juli 1942 de arbeiders werden vervangen door Joodse dwangarbeiders

Isaac behoorde tot een enkeling uit Rotterdam die zich na 15 juli 1942 in Drenthe moest melden. Zijn verblijf daar duurde maar drie weken want op zijn kaart staat dat hij op 7 augustus 1942 naar Westerbork werd getransporteerd.

Een speciaal transport voor Sara
|
In Rotterdam woonden in mei 1940 ongeveer 10.000 Joden. Van deze groep kregen 6.000 mensen een oproep om zich te melden bij Loods 24. Sara hoorde bij de groep die waarschijnlijk nog geen oproep had gehad omdat haar man in een kamp verbleef. Toen de Joden uit de werkkampen werden afgevoerd naar Westerbork moesten de andere familieleden; vrouwen en kinderen ook naar Westerbork komen, zogenaamd om de familie te verenigen.

Op 24 augustus 1942, om half zeven in de ochtend, wordt Sara in de Atjehstraat van haar bed gelicht. Samen met drie andere arrestanten wordt ze onder begeleiding van de Rotterdamse politie en via het reguliere treinverkeer naar Beilen getransporteerd. Van daaruit moest men nog 15 km lopen. Vrijwel direct gaat ze die dag op transport naar Auschwitz, samen met Isaac, die ze in Westerbork weer ziet. Er wacht hen nog ruim een maand in Auschwitz voordat ze op 30 september 1942 worden vermoord.

Hoe is het de familie van Isaac en Sara vergaan?
Van de familie van Isaac overleefde niemand de oorlog. Noch de vier zussen van Sara; Jansje, Sophia, Johanna en Hendrika en haar oudere broer Abraham, noch haar ouders. Het spoor naar nazaten loopt, hoe tragisch ook, steeds richting de vernietigingskampen.

Van de neef van Sara, Mozes van Stedum, de zoon van haar zus Hendrika is er nog een foto van zijn huwelijk die aan het begin van de oorlog werd gemaakt. Hij trouwde met Hanna Gazan, geboren in Brielle. Mozes was fabriekschef. Ze gingen als eerste inwonen bij de ouders van Mozes op de Burgemeester Meineszlaan 38b en kregen een zoon Lodewijk. Hun huwelijksgeluk duurt nog geen anderhalf jaar. Hun laatste adres is de Delfgaauwstraat 41c in het Liskwartier. Zowel de jonge ouders, beiden 26 jaar, als de baby van zes maanden worden in Sobibor vermoord, moeder en zoon op 11 juni 1943, vader op 9 juli 1943.

 

bron:
https://archief.amsterdam/indexen/persons?ss=%7B%22q%22:%22Sara%20meijer%201892%22%7D
https://www.openarch.nl/saa:9853346b-f04f-56a3-e053-b784100ade19/nl
https://calus.nl/stamboom/family/1/F1457348074?main_person=I102884
https://www.joodsmonument.nl/en/page/127154/mozes-van-stedum
www.delpher.nl, Het Joods Weekblad, 5 december 1941
Joods Erfgoed Rotterdam
https://joodsewerkkampen.nl/Werkkamp/5-linde.html
https://joodsewerkkampen.nl/overzicht-joodse-werkkampen/linde
www.delpher.nl, Nederlandsche Staats Courant 1950
GAR, Politiearchief, inverntarisnr. 3157
https://joodsewerkkampen.nl/geschiedenis
MINISTERIE VAN JUSTITIE. “Nederlandsche staatscourant”. ‘s-Gravenhage, 13-07-1950. Geraadpleegd op Delpher op 03-02-2022, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000167502:mpeg21:p005

illustratie:
Stadsarchief Rotterdam

Joods Erfgoed Rotterdam
MINISTERIE VAN JUSTITIE. “Nederlandsche staatscourant”. ‘s-Gravenhage, 13-07-1950. Geraadpleegd op Delpher op 03-02-2022, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000167502:mpeg21:p005

Colofon:
Project: Stichting Kaapse Kringen, Marianne Ketting

Tekst: Stadsatelier Corneel, Cora de Roon
Research: Han de Bruijne, Cora de Roon
Eindredactie: Rob Snijders, historicus (www.joodserfgoedrotterdam.nl)

disclaimer
Wij hebben onze uiterste best gedaan van het materiaal op de website de makers en rechthebbenden te achterhalen. Ook hebben wij ons uiterste best gedaan om de ons aangeleverde informatie op de website zo verantwoord mogelijk te presenteren. Al hoewel wij daarbij zeer zorgvuldig te werk zijn gegaan kan het toch zijn dat een bezoeker, auteur, gebruiker of rechthebbende meent dat publicatie in strijd is met zijn of haar rechten, zoals portretrecht(en) en of auteursrechten. Indien een dergelijk situatie het geval lijkt verzoeken we onmiddellijk contact op te nemen met de projectleiders.

gepubliceerd:
3 februari 2022

laatst bijgewerkt:
11 februari 2022