Heiman Elkan Sanders

Heiman Sanders werd op 14 november 1886 in Sneek geboren als zoon van Elkan Joachim Sanders (Sneek, 9 augustus 1848 – Den Haag, 5 maart 1923) en Saartje van de Rijn (Groningen, 16 februari 1852 – Sneek, 5 mei 1905). Na zijn eindexamen gymnasium studeerde hij rechten in Leiden. In 1912 promoveerde hij cum laude aan de Leidse universiteit op het proefschrift Het Cognossement (Den Haag 1912). Dertig jaar lang, van 1912 tot 1942, was hij advocaat in Rotterdam. Hij was een bekend figuur in de Rotterdamse Joodse gemeenschap.
Op 12 maart 1918 trouwde Heiman in Tilburg met Rosa Johanna Polak (Tilburg, 7 juni 1891 – Amersfoort, 5 april 1963) en zij kregen vijf kinderen; Joachim Hans (Rotterdam, – Monowitz, ), Albertine (Rotterdam, 2 september 1920 – Israël, 4 december 2007), Hanna (Rotterdam, 22 november 1921 – Israël, 6 februari 2008), Dora (Rotterdam, 19 januari 1924 – Haifa, 1 december 2005) en Jacob Barend (Rotterdam, 2 juni 1930). Het gezin woonde in eerste instantie op de Coolsingel 15a en verhuisde later naar de Mauritsweg 23. Heiman overleed in Den Haag op 13 juni 1958 en hij werd begraven op de Joodse begraafplaats in Wassenaar.

Rotterdam
Heiman bracht zijn jeugd in Rotterdam door en kreeg daar onder andere les van Salomon Schaap. Over deze leraar sprak hij met eerbied en genegenheid. Als student was Heiman zionist, maar later hield hij zich lang van het zionisme afzijdig. Na de Holocaust en na de stichting van de staat Israël zag hij het zionisme wel als een belangrijke beweging. Hij was lid van de kerkenraad en vanaf 1936 voorzitter van de Joodse gemeente. In 1954 werd hij benoemd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau.

Ondergedoken
Heiman bleef advocaat in Rotterdam tot in de oorlog. Hij verhuisde op 3 oktober 1940 met zijn gezin naar de Bachmanstraat 3 in Den Haag, het huis aan de Mauritsweg lag vlakbij de brandgrens en was waarschijnlijk beschadigd door het bombardement van 14 mei 1940.
Het hele gezin stond op de Frederikslijst en kwam in aanmerking voor Barneveld. Was dit voldoende of ging het gezin in onderduik? Zoon Joachim had een Sperre, en stond op de lijst voor Barneveld, maar hij werd op 18 september 1943 in Westerbork geregistreerd en kwam terecht in Barak 67, de strafbarak. Hij was een strafgeval en schreef nog aan ‘Jannie’, een familielid, dat hij niet naar Barneveld mocht omdat vanwege de ‘S’ (strafgeval).  Op 21 september 1943, drie dagen na zijn registratie, ging Joachim op transport. Dat was geheel volgens de regels rond ‘een strafgeval’, die doorgaans als eersten op de lijst kwamen om op transport te gaan. Joachim werd in Auschwitz geselecteerd voor werk en werd op 1 juli 1944 in Monowitz, een sub-kamp van Auschwitz, vermoord.

De status die het gezin door de Frederikslijst had was voor hen niet voldoende, het gezin ging in onderduik.

Deze onderduik hadden ze te danken aan dochter Albertine (Tini), die aan de Universiteit van Leiden studeerde en die bevriend was met Lies Andriessen. Lies, dochter van Adrianus Willem Hendrik Andriessen en Elisabeth Maria Andriessen – Godschalk, woonde bij haar ouders, broer Jan en een oom in Den Haag. Toen de deportaties begonnen in de zomer van 1942 bespraken Lies en Albertine de situatie en Albertine vroeg Lies of ze iemand kende die het risico wilde nemen en Joden in de onderduik kon brengen. Lies vroeg het haar ouders, en die besloten om niet verder te zoeken en stelden hun huis open voor de ouders van Tini; Heiman en Rosa Sanders. Het lukte Tini om een onderduikplek voor haarzelf en haar jongere broer Jacob Barend te vinden bij de familie Oudejans in Spierdijk. Haar zus Hanna vond in Delft een onderduik bij Arie en Eva Bakker en haar zus Dora werkte als verpleegster in het Joodse ziekenhuis aan de Schietbaanlaan in Rotterdam. Zij werd op 27 februari 1943 in Westerbork geregistreerd. Mede vanwege haar positie op de Frederikslijst werd ze niet snel gedeporteerd en werd ze op 4 september 1944 naar het concentratiekamp in Theresienstadt gestuurd en overleefde daar de oorlog.

Het gezin Andriessen woonde in een appartementsgebouw de stad, daar was de grootst mogelijke voorzichtigheid noodzaak. Heiman en Rosa verlieten de onderduik nooit tijdens hun gehele verblijf dat in totaal tweeënhalf jaar duurde. Niemand wist dat Rosa en Heiman er in onderduik zaten. Heiman Sanders hield zichzelf bezig door de Russische grammatica te bestuderen en door het lezen van de Griekse klassieken uit de huisbibliotheek van de Andriessens. Rosa hielp met het huishouden. Hoewel het appartement klein was, was er toch een speciale verstopplaats voor hen gemaakt. Gedurende het verblijf was deze plek twee keer noodzakelijk. De eerste keer in maart 1943 toen twee Nederlandse politieagenten in het huis kwamen en kwamen onderzoeken wat er gebeurd was rond het zoekgeraakte persoonsbewijs van de oom. De tweede keer was aan het einde van 1944 toen de nazi’s kwamen controleren of er mannen waren die de Arbeitseinzats waren ontdoken.

In beide gevallen werden Heiman en Rosa niet opgemerkt. Het gezin Andriessen zorgde voor alles wat ze nodig hadden en de relatie bleef tijdens het gehele verblijf goed. Vooral tijdens de Hongerwinter, toen er nauwelijks voedsel was, deden de Andriessens alle moeite om aan voedsel te komen en dochter Lies ging op hongertochten naar boerderijen rond Den Haag. Het lukte Roda en Heiman om bij te dragen aan de basisbehoeften, veel daarvan moest op de Zwarte Markt worden aangeschaft voor hoge prijzen. In het begin van 1945 kwam er een vergissingsbombardement door de geallieerden in het gebied waar de Andriessens woonden. Het huis werd geraakt, maar niemand werd getroffen. Het gezin Andriessen werd geëvacueerd, en de Rosa en Heiman konden natuurlijk niet mee. Er werd een locatie gevonden bij vrienden in de buurt waar ze bleven tot de bevrijding in mei 1945. Ook na de oorlog bleef het gezin Andriessen bevriend met het gezin Sanders. Op 23 september 2001 onderscheidde Yad Vasjem Adrianus Willem Andriessen en Elisabeth Maria Andriessen als ‘rechtvaardige onder de naties’.

In een advertentie van 25 mei 1945 is te lezen dat het gezin Sanders vraagt om huisraad. Tijdens de onderduik waren hun spullen geplunderd In oktober van dat jaar werd er in het Nieuw Israëlietisch Weekblad een advertentie geplaatst waaruit blijkt dat ze zich weer op de Bachmanstraat hadden gevestigd. De drie dochters maakten direct na de oorlog alijah (emigreerden naar Israël).

Rechtsherstel
Na de oorlog kon het gezin Sanders terugkeren naar hun huis in Den Haag. Heiman zette er zijn advocatenpraktijk voort en raakte vrijwel direct betrokken bij de strijd om het rechtsherstel van de Joodse Nederlanders. Deze strijd was misschien nog wel moeizamer vlak na de oorlog dan hij nu is. Sanders was pitbull die toen nodig was, en hij stond bekend als strijdbaar, veeleisend en driftig met een ijzersterk geheugen.

Joop Soesan meldde in zijn artikel, boekhouders na de Holocaust, gepubliceerd op Joods.nl, over deze strijd het volgende:Aan de kant van de beroofden was het advocaat Heiman Sanders die de gelederen namens de Joodse gedupeerden aanvoerde. Maar tegenover Sanders stonden geweldige machten, te weten verzekeraars, banken, de beurs en niet in de laatste plaats de Nederlandse staat, waarbij minister van Financiën P. Lieftinck de belangrijkste tegenspeler werd.

In zijn strijd tegen overheid, beurzen en banken, ondervond Sanders niets anders dan grote tegenwerking. Zij waren bijvoorbeeld niet bereid om aan belanghebbenden zoals de bestolen Joden, hun erfgenamen of hun vertegenwoordigers, gegevens te verstrekken over effectentransacties uit de bezettingstijd.

Er was een welbewuste obstructie vanuit het bedrijfsleven, met name het financiële, gericht tegen het rechtsherstel. De Nederlandse financiële wereld, de banken en de beurzen hebben niet alleen getracht hun eigenbelangen te behartigen. Ze gingen daarbij ver over de grens van het toelaatbare.

Symbolisch voor de houding van de Nederlandse staat was de opstelling van minister van Financiën Lieftinck. Hij weigerde categorisch de kosten te vergoeden van de bouw van de kampen Vught en Westerbork die in bezettingstijd voor 25,6 miljoen gulden uit Joodse vermogens waren betaald. De Joden mochten hun eigen gevangenis betalen.

Lieftinck was bereid om het rechtsherstel te blokkeren of opzij te zetten, zodra het naar zijn mening met economische belangen in conflict kwam. Hij legitimeerde die benadering met de visie dat niet de Nederlanders, maar de Duitsers verantwoordelijk waren geweest voor de ontrechting en ontnemingen van de Joodse gemeenschap’.

De volhardendheid van Sanders heeft ervoor gezorgd dat er rechtsherstel plaats vond, ook in die eerste jaren na de oorlog. Maar tegelijkertijd is de arrogantie van de macht in deze ook duidelijk, en de macht zette de hakken in het zand en heeft er op die manier voor gezorgd dat ruim 75 jaar na de oorlog het rechtsherstel nog steeds niet voltooid is.

Trivia:
Heiman Sanders werd in mei 1936 donateur van Feyenoord.
Tot in de jaren vijftig werd de aandeelhoudersvergadering van de N. V. Puddingfabriek v/h A. J. Polak uit Groningen ten kantore van Heiman gehouden.

 

bron:
Joop Soesan, boekhouders na de Holocaust, Joods.nl, 13 mei 2020
huwelijk, Familiebericht. “Nieuwe Tilburgsche Courant”. Tilburg, 16-03-1918, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 17-12-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010224710:mpeg21:p005
Mr. Heiman Sanders. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 20-06-1958, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 17-12-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010872425:mpeg21:p001
Joachim Hans Sanders via www.joodsmonument.nl, https://www.joodsmonument.nl/nl/page/25555/joachim-hans-sanders (geraadpleegd 17 december 2021).
Kaart Joodsche Raad Joachim H. Sanders via Arolsen Archives, 130368333.
Kaart Joodsche Raad Heiman Sanders via Arolsen Archives, 130368262.
Advertentie. “De Maasbode”. Rotterdam, 25-05-1945. Geraadpleegd op Delpher op 17-12-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMNIOD05:000109678:mpeg21:p002
Advertentie. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 05-10-1945, p. 8. Geraadpleegd op Delpher op 17-12-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010858271:mpeg21:p008
Advertentie aandeelhoudersvergadering. “Algemeen Handelsblad”. Amsterdam, 21-06-1950. Geraadpleegd op Delpher op 17-12-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000087624:mpeg21:p006
Adrianus Andriessen en Elisabeth Godschalk, op www.yadvasjem.org. https://righteous.yadvashem.org/?searchType=righteous_only&language=en&itemId=9371195&ind=3 (geraadpleegd 17 december 2021)
Registratiekaart Theresienstad Dora Sanders via Arolsen Archives, 5078360
Kaart Joodsche Raad Sora Sanders via Arolsen Arcihes, 130368176
Joods Biografisch Woordenboek, Sanders, Heiman, 1886 – 1958; http://www.jodeninnederland.nl/id/P-1116 (geraadpleegd 18 december 2021)
met dank aan Lena Neumark Spitz

illustratie:
huwelijk, Familiebericht. “Nieuwe Tilburgsche Courant”. Tilburg, 16-03-1918, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 17-12-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010224710:mpeg21:p005
Mr. Heiman Sanders. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 20-06-1958, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 17-12-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010872425:mpeg21:p001
Advertentie. “De Maasbode”. Rotterdam, 25-05-1945. Geraadpleegd op Delpher op 17-12-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMNIOD05:000109678:mpeg21:p002

gepubliceerd:
11 december 2021

laatst bijgewerkt:
18 december 2021