Saul Mozes Slagter

Saul Mozes Slagter (Rotterdam, 24 augustus 1882 – Rotterdam, 20 augustus 1930) was een zoon van Mozes Barend Slagter (Gouda, – Poortugaal, ) en Rosetta Zoest (Rotterdam, – Rotterdam, ). In het gezin van Mozes en Rosetta waren er naast Saul de volgende kinderen: Barend Mozes (Rotterdam, 17 april 1881), Barend Mozes, Elizabeth (Rotterdam, – Auschwitz, ) en Grietje (Rotterdam, – Auschwitz, ).
Saul trouwde met Helene Dzialowski (Kempen, – Schilda, ) en kreeg met haar een dochter Esther (Antwerpen, – Rotterdam, ) en een zoon Mozes Wolf (Rotterdam, – Bergen-Belsen, ). Het gezin woonde sinds 1923 op de Walenburgerweg 20b. Na het overlijden van Saul woonde het gezin vanaf 1930 op de Adrien Milderstraat 30a en vanaf 1936 op de Schietbaanlaan 60b.

Saul was een actief man, vooral op religieus gebied. Hij gaf dertig jaar lang godsdienstonderwijs, grotendeels in Rotterdam. Verder was hij de opvolger van A. J. Haagens als hoofdredacteur van het Weekblad voor Israëlietische Huisgezinnen en zat in het hoofdbestuur van Agoedas Jisroeil. Volgens opperrabbijn Onderwijzer stelde de Agoeda zich ten doel de Joodse traditie te handhaven en het Joodse broederschap. Daarnaast was de opbouw van het Joodse land en de bevordering van emigratie, handel en nijverheid een speerpunt.
In 1913 werd Saul benoemd tot Hoofd van de Israëlietische Burgerschool in Rotterdam, een benoeming die hij toen niet aannam, maar wel een jaar later. In 1916 werd hij bestuurslid van ‘Mikwei Jisroeil’. Rond 1920 verhuisde het gezin naar Antwerpen en in augustus 1922 werd Saul benoemd tot Hoofd van de Israëlietische Godsdienstschool aan het Hofplein 4a te Rotterdam.

Op 5 september 1930 werd er in Agudat Yisrael, het blad van de Afdeling Nederland van de Wereldbond der Orthodoxie, aandacht gegeven aan het overlijden van Saul:

‘Als een wijze sterft, zijn allen als ’t ware zijn verwanten, de droefenis blijft niet tot zijn familieleden beperkt. Deze Talmoedische uitspraak is weder bewaarheid in de van zovele zijden betoond in het overlijden van den heer Slagter, woensdagavond ging hij een beter leven in. Vrijdag werd zijn stoffelijk overschot aan den schoot der aarde toevertrouwd. Gedurende al de daartussen gelegen uren, dag en nacht, hebben zijn vrienden, zijn leerlingen, zijn vereerders niet opgehouden met Touroh te leren in de sterfkamer. Vrijdagochtend tegen 12 uur waren er tal van vrienden bijeen, onder anderen met de oud-Opperrabbiin dr. B. Bitter, de Opperrabbijnen Davids, Hirsch, Tal, moré I. Vredenburg, de hoogbejaarde heer B. de Jongh, oud-hoofd der Israëlietische godsdienstschool te ’s Gravenhage, tal van collega’s van den overledene enz.

Inmiddels had een grote menigte zich voor het sterfhuis aan den Walenburgerweg verzameld, om den dierbaren dode naar de laatste rustplaats te geleiden. In het sterfhuis werden hespeidiem uitgesproken door de Opperrabbijnen, de heren Davids en Hirsch. Opperrabbijn Davids spreekt een aangrijpende treurrede uit.

Daarna wordt de stoet gevormd. Achter de lijkkoets schrijden in statige gang veie honderdtallen langs Walenburgerweg, Schiekade, Hofplein, Pompenburgsingel en Botersloot, tot aan de synagoge, waarvan de deuren geopend zijn, het bedehuis, dat de heer Slagter duizenden malen in zijn leven bezocht heeft. Hier verschenen aan den ingang Parnassijns der Israëlietische gemeente, de heren A. Sanders en Sim. S. Bosman met den adjunct-secretaris den heer J. Jacobsen (de Parnas de heer J. v. Cleeff Szn. en de secretaris de heer D. Wessel Wzn. waren uitstedig).

Vóór de synagoge nam men plaats in de volgkoetsen en auto’s, terwijl velen te voet of per tram naar de begraafplaats aan het Toepad zich begaven. Een ontzaggelijk grote schare van belangstellenden was daar in het weenhuis aanwezig, onder anderen verschillende leden en oud-leden van Kerkenraad, Onderwijsraad, de vereniging Mikweih Jisroëil, het bestuur der jeugdsynagoge, tai van andere corporatiën, tot welke de neer Slagter in enigerlei vorm in verbinding stond en enige tientallen leerlingen der godsdienstscholen. Het middaguur van érew sjabbos was reeds ingetreden, zodat er geen treurredenen konden worden uitgesproken. Onder eiding van den leraar van het Israëlietsche Begraafgenootschap, den heer M. Melamed, werd het stoffelijk overschot naar buiten gedragen en aan den schoot der aarde toevertrouwd.

 

 

bron:
Database Joods Biografisch Woordenboek, Slagter, Saul Mozes 1882 – 1930 via http://www.jodeninnederland.nl/id/P-1172 (geraadpleegd 14 juli 2021)
Stadsarchief Rotterdam, Mozes Barend Slagter, 494-03 Archief van de Gemeentesecretarie Rotterdam, afdeling Bevolking: bevolkingsboekhouding van Rotterdam en geannexeerde gemeenten, inventarisnummer 851-437, pagina 468816
Stadsarchief Rotterdam, Saul Mozes Slagter, 494-03 Archief van de Gemeentesecretarie Rotterdam, afdeling Bevolking: bevolkingsboekhouding van Rotterdam en geannexeerde gemeenten, inventarisnummer 851-437, pagina 468821
www.joodsmonument.nl, lemmata gezin Slagter (geraadpleegd 14 juli 2021)
benoeming. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 16-01-1914, p. 6. Geraadpleegd op Delpher op 14-07-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010860293:mpeg21:p006
vacature godsdienstschool “Centraal blad voor Israëlieten in Nederland”. Amsterdam, 27-03-1914, p. 3. Geraadpleegd op Delpher op 14-07-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB19:000573139:mpeg21:p00003
Israël. Kerk.. “Het Vaderland : staat- en letterkundig nieuwsblad”. ‘s-Gravenhage, 26-08-1922, p. 2. Geraadpleegd op Delpher op 14-07-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010008017:mpeg21:p009
Agoeda, De joodsche wachter; halfmaandelijksch orgaan voor Groot-Nederlands jodendom, jrg 19, 1923, no 12, 15-06-1923. Geraadpleegd op Delpher op 20-08-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005439012:00001
godsdienstschool, Weekblad voor Israëlietische huisgezinnen; uitgegeven vanwege de Vereeniging van Joodsche Wetenschappen te Rotterdam, jrg 52, 1921, no 43, 28-10-1921. Geraadpleegd op Delpher op 20-08-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005422042:00001
begrafenis, Agûḏaṯ Yisra’el; officieel veertiendaagsch orgaan van de Afdeeling Nederland van den Wereldbond der Orthodoxie Agûḏaś Yisra’el, jrg 5, 1930, no 10, 05-09-1930. Geraadpleegd op Delpher op 24-09-2022, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005509113:00001.

illustratie:
Agûḏaṯ Yisra’el; officieel veertiendaagsch orgaan van de Afdeeling Nederland van den Wereldbond der Orthodoxie Agûḏaś Yisra’el, jrg 5, 1930, no 10, 05-09-1930. Geraadpleegd op Delpher op 24-09-2022, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005509113:00001.

gepubliceerd:
14 juli 2021

laatst bijgewerkt:
24 september 2022