Sedje Hemon

Het verhaal over Sedje Hemon is een verhaal van een beeldend kunstenares, een componiste, een violiste maar ook dat van een Joodse verzetsvrouw uit Rotterdam.

Sedje Hemon was de artiestennaam van Sedje Frank (Rotterdam, 12 april 1923 – Den Haag, 8 februari 2011), het jongste kind van Simon Frank (Groningen, 26 mei 1876 – Auschwitz, ) en Heintje Frank (Groningen, 15 oktober 1881 – Auschwitz, ). Sedje had twee oudere broers, Alexander (Enschede, 31 augustus 1916) en Alfred (Rotterdam, 14 maart 1920). Vader Simon was fotograaf en werd later handelsreiziger. Het gezin werd in april 1918 ingeschreven in Rotterdam en woonde op de Nieuwe Binnenweg 223a. In mei 1919 verhuisden ze naar het Strooveer 14a. Daar bleven ze wonen tot juli 1923 en toen verhuisden ze naar Den Haag. Het adres op het Strooveer was boven de beddenzaak ‘De Ooievaar’ van familie.

Sedje was al op jonge leeftijd geïnteresseerd in de kunst en begon met tekenen in een abstracte stijl. In 1932 kwam ze in contact met de viool nadat ze violist Nathan Milstein op de radio had gehoord. Ze nam vioollessen maar de financiën lagen moeilijk in de jaren van de crisis. Ze had om een en ander te kunnen bekostigen diverse bijbaantjes.

Oorlog
Van 1941 tot 1944 ging Sedje in het verzet. Onder de naam Annie van Dijk hielp ze jongens vluchten naar Zwitserland door het vervalsen van documenten. Ook haar ouders hielp ze ook op die manier, maar zij werden vlak voor de Zwitserse grens gearresteerd en via het Franse doorgangskamp Drancy naar Auschwitz gedeporteerd waar ze vermoord werden.
De buren van Sedje verraadden haar en ze werd gedeporteerd naar Auschwitz-Birkenau. Ze kwam daarna in het hoofdkamp Auschwitz terecht waar ze, doordat ze viool kan spelen, in het kamporkest terecht komt. Zo overleeft ze Auschwitz en wanneer het kamp ontruimd wordt, wordt Sedje overgebracht naar Ravensbrück en daarna naar kamp Neustadt-Glewe, een buitenkamp van Ravensbrück. In mei 1945 wordt ze daar door de Russen bevrijd.

Na de oorlog
Sedje is door de tijd in de kampen lichamelijk ernstig verzwakt en brengt een lange tijd door in ziekenhuizen. Deze periode zet ze zich in om haar viool- en componeertechnieken uit te breiden en ze ontwikkelt een succesvolle techniek tegen RSI, lang voordat deze aandoening onderkend werd. Ze legt tevens haar ervaringen in de kampen vast. In 1945/1946 schrijft Sedje het boek dat veel later onder de naam Vergeven nee…. vergeten nooit zal worden uitgegeven. In de teksten schrijft Sedje over haar oorlogservaringen en ze werden in 2007 teruggevonden.
In 1953 moest ze besluiten dat haar matige gezondheid een carrière als violiste onmogelijk maakt en wendt zich tot de schilderkunst, maar ook tot linoleumsnede en keramiek. Sedje gaat exposeren.
Tijdens een verblijf in Roemenië ontdekt ze de panfluit en gaat dit instrument studeren. In 1969 componeert ze het Concerto voor Panfluit en Orkest, dat in 1970 een première beleefd in Boekarest. In hetzelfde jaar wordt haar werk Nooit meer Auschwitz door het Concertgebouworkest in Amsterdam uitgevoerd. Ook zette ze in 1970 in Den Haag de Panfluitschool op, die later overging in het Hilversums Conservatorium. In de jaren zeventig was Sedje op de radio te horen, waar ze onder meer programma’s presenteerde over hedendaags Israëlische muziek.

Sedje was haar tijd vooruit. Ze had grote invloed op de moderne kunst en was al bezig met virtual reality voordat dit een naam had gekregen.

 

 

bron:
Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Simon Frank
wikipedia, lemma Sedje Hemon
“RADIO”. “De Telegraaf”. Amsterdam, 13-12-1971. Geraadpleegd op Delpher op 13-03-2019, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011196912:mpeg21:a0103

laatst bijgewerkt:
12 september 2019