Gouvernestraat

Stadsarchief Rotterdam, beeld en geluid, PBK-1985-191 Gouvernestraat vanaf de West-Kruiskade. Links kruidenier Leenheer en rechts een filiaal van de Rotterdamse Melk-Inrichting. 1900. Prentbriefkaarten verzameld door het Stadsarchief Rotterdam, toegangsnummer 4029

Van Nieuwe Binnenweg tot West Kruiskade in de wijk het Oude Westen loopt de Gouvernestraat (1862). De bouwer, Johannes Gouverne (1807-1865), zette hier de eerste huizen neer en gaf zijn naam aan de straat. In de Gouvernestraat bevinden zich het cultureel centrum Lantaren/Venster en het zalencomplex Odeon. Het eerste, gevestigd in het voormalige sociaal-cultureel centrum Ons Huis, heeft een stedelijke functie, het tweede richt zich hoofdzakelijk op de wijk. De Gouvernestraat werd aangelegd voor de samenvoeging van Rotterdam en Delfshaven in 1886 een feit was. Het gebeurde tegen Rotterdams grondgebied aan om te profiteren van de voorzieningen van de grote stad.

Gouvernestraat – bakker ORT L. van Stedum
Vanaf het bombardement op 14 mei 1940 was koosjer brood moeilijk verkrijgbaar in Rotterdam.  In augustus van dat jaar zette L. van Stedum zijn bakkerij weer in werking waardoor brood, beschuit, koek en banket ORT weer verkrijgbaar was in de Maasstad. Tot 1939 was het bedrijf van Van Stedum, de Rotterdamsche Bakkerij ORT op de Helmersstraat 14 gevestigd, daarna op de Kruisstraat 11.

Gouvernestraat 29 – Caramelfabriek Benno
Op dit adres was Caramelfabriek Benno gevestigd.

Gouvernestraat 56 – Odeon
In december 1924 werd hier het gebouw Odeon van architect A. F. Aalbers opgeleverd. Op de  begane grond was er een feestzaal met foyer, twee winkels en drie pakhuizen. De beddenfabriek op het achterterrein werd verbouwd tot een schouwburgzaal met daarboven een theater. Op de bovenverdiepingen kwamen 72 arbeiderswoningen bestaande uit een woonkamer met inpandige slaapruimte, een keuken en wc.

Odeon werd ook door Joods Rotterdam gebruikt. Joods Gemeentebelang, opgericht in 1905, annoceerde in 1925 het volgende: ‘Wij vestigen de aandacht op een in dit No. voorkomende annonce der Tooneel- Muziek- en Zang’, Zondag 8 dezer Odéon, Gouvernestraat een tooneelstuk D. van Pels. ’s Avonds 8 uur zal in bovenzalen een groot bal met cabaret plaats hebben‘. Ook andere Joodse organisaties wisten het gebouw te vinden, zoals in 1928 de vereniging Zichroun Jangakouf, die er een feest voor Chanoeka organiseerde. In 1936 trad ‘Harpe Davids’ de Rotterdams-Joodse zangvereniging er op.

Ter gelegenheid van Rosj Hasjana in 1941, toen veel van de Rotterdamse synagoges waren weggebombardeerd, werd onder andere in Odeon de synagogedienst gehouden.

Gouvernestraat 123-1 – Abram Cohen
Abram Cohen werd als half-Joodse jongen geboren in Rotterdam op 29 oktober 1901 als zoon van koopman in galanterieën Salomon Cohen (Puttershoek, 18 oktober 1853) en chanteuse Elisabeth Karlee (Dordrecht, 12 maart 1863). Hij huwde met Dirkje Maartje Muurlink (Rotterdam, 1 april 1904) en zij kregen zes kinderen. Al voor de oorlog was Cohen overgegaan tot het Nederlands-hervormde geloof en mede door het gemengde huwelijk werd hij niet gedeporteerd. Volgens de LKP (Landelijke Knokploeg) had Cohen zich schuldig gemaakt aan verraad, wat waarschijnlijk niet klopte, en kwam hij op de liquidatielijst te staan.
De opdracht om hem te liquideren kwam op 16 januari 1945 (volgens andere bronnen 18 januari 1945) en hij werd ’s ochtends om 9.30 in zijn woning door zijn hoofd geschoten bij een actie van drie knokploegleden.

Gouvernestraat 129-133 – Bond voor Joodse jongelieden
In september 1916 werd in ‘Ons Huis’ de feestelijke bijeenkomst gehouden voor de inwijding van de Bond voor Joodse jongelieden. ‘Ons Huis’ stond later bekend als theater ’t Venster. In het Nieuw Israëlietisch Weekblad stond het volgende verslag: ‘Zondagavond j.l. (in ons vorig nummer stond abusievelijk Zaterdagavond) had in „Ons Huis” Gouvernestraat de feestelijke bijeenkomst plaats ter Inwijding van den Bond voor Joodsche Jongelieden. Van het bestuur waren alle leden aanwezig, verder de eerwaarde heer H. Vleeschhouwer, en als afgevaardigden van het Centrale Comité der C. O. de heeren Sarlouis en Eitje. Nadat door de voorzitster van den bond, mejuffrouw S. Rose Hausdorff, de vergadering geopend was, werd door den eerwaarde heer H. Vleeschhouwer de feestrede uitgesproken, die door alle aanwezigen met de grootste aandacht word gevolgd. Daarna vroeg en verkreeg de eerwaarde heer Sarlouis het woord. Hij bracht hulde aan de ijverige Rotterdamsche Afdeeling der Centrale Organisatie en sprak evenals de presidente en de vorige spreker de hoop uit, dat de bond mocht groeien en bloeien en tot In lengte van dagen voortbestaan. In de pauze die nu volgde, werden de aanwezigen onthaald. Toon kwam het 4e punt van het programma aan de orde: zang en piano. Mejuffrouw R. Vleeschhouwer vergastte ons op een paar Joodsche liederen, door haar met veel talent gezongen, terwijl zij op een voortreffelijke wijze op de piano begeleid werd door haar zuster, mejuffrouw E. Vleeschhouwer. Vervolgens werden eenige gedichten gedeclameerd door mejuffrouw S. Rose Hausdorff en nadat we ook nog genoten hadden van het pianospel van de heeren Wins en Gabriels werd het slotwoord door de voorzitster uitgesproken, waarbij zij de aanwezigen dankte voor hun opkomst en den wensch uitsprak, dat ook bij de leeravonden, waarvan de eerste Zondag 8 October zijn zal, de belangstelling even groot mocht zijn. Verder verzocht zij een mooien naam te zoeken voor den bond, terwijl dan tot belooning de mooiste zou gekozen worden en de naamgever een boekwerk zou krijgen, uitgeloofd door het Centrale Comité der C. O. te Amsterdam. Hierna sloot de spreekster de druk bezochte vergadering.’

‘Ons Huis’ werd regelmatig gebruikt door de C.O., de Centrale Organisatie; op 24 en 25 december 1924 vergaderde hier de Nederlandse Zionistenbond. Op 22 mei 1928 de Afdeeling Rotterdam van de Joodsche Vrouwenvereniging voor Practisch Palestinawerk.

Gouvernestaat 133 – Theater De Lantaren
Op 18 november 1987 werd voor dit theater gedemonstreerd wegens een try-out van het omstreden toneelstuk ‘Het vuil, de stad en de dood’ van Rainer Werner Fassbinder.

Vanaf het Stadionplein in Amsterdam vertrokken op 18 november 1987 twee bussen met jongeren van Bne Akiwa, Ijar Nederland, Maccabi, de stichting Sjalhomo, Sjoeche en Zion naar Rotterdam. Daar werden zij opgewacht door nog eens zo’n tweehonderd demonstranten, die gewapend met fakkels en spandoeken waarop teksten als ‘Tweeduizend jaar antisemitisme is genoeg’ en ‘Rotterdam zwakker door laksheid’, en onder het zingen van het Hatikwa en Ose Shalom hun woede over de opvoering lieten blijken.

Professor Lou de Jong liet zijn toehoorders weten dat „wat bij Fassbinder gebeurt, is dat een jood wordt afgebeeld zoals vijftig jaar geleden in Der Stürmer. Ik ben verontwaardigd dat men niet heeft begrepen dat Joden worden gekwetst. Het is niet alleen een Joodse zaak, het is een zaak van het hele Nederlandse volk. Wij zouden ons gedwongen voelen tot eenzelfde protest als het Turken of Marokkanen zou betreffen.” Directeur Ronnie Naftaniël van het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) verklaarde vervolgens dat “het zeldzaam arrogant is om het antisemitisme te bestrijden, zonder dat de Joden het ermee eens zijn,” waarna ds. J. Snijder namens het Convent van kerken in Rotterdam zijn solidariteit met de Joodse gemeenschap betuigde.

Ondertussen verdedigde in een overvolle foyer de Rotterdamse wethouder J. M. Linthorst van kunstzaken kort voor de aanvang van de voorstelling tegenover ons nogmaals het besluit van het college van het gemeentebestuur om het stuk niet te verbieden. „Het besluit van het college van B. & W. was eenstemmig,” zo verklaarde de heer Linthorst. „We hadden geen keus. Er bestaat bij mij geen twijfel over de goede intenties van Fassbinder, mede door mijn kennis van zijn werken. Ik geloof tevens in de goede intenties van de directie van de Theaterschool en van de directie van De Lantaren.” Gedurende de hectische discussie die in de schouwburg volgde, eiste rabbijn Soetendorp een gesprek met de acteurs en regisseur, alvorens de zaal te ontruimen. „Wij vragen om met de acteurs, actrices er regisseur te kunnen spreken, zodat men ons begrijpt, met als resultaat dat de voorstelling niet vandaag, niet morgen, nooit zal worden opgevoerd,” aldus rabbijn Awraham Soetendorp. Acteur Jules Croiset stelde op zijn beurt dat „ik me schaam dat ik hier moet staan om me tegen het opkomend antisemitisme te verdedigen. Ik heb twee hoofddeksels op. Een keppel als jood en een hoed als toneelspeler. Die hoed zegt: dit is een walgelijk stuk.”

De voorstanders van de opvoering lieten zich evenmin onbetuigd en riepen leuzen als ‘Weg met de censuur’, ‘Eerst spelen, dan praten’ en ‘Heb je het stuk ooit gezien’. Voorzitter Richard Stem van de Stichting Bestrijding Antisemitisme repliceerde met een: „Je hoeft het hele ei niet te eten om te weten dat het rot is. We moeten uitgaan van wat we hebben, niet van wat Fassbinder bedoeld zou kunnen hebben. En wat we hebben is een Duits, vijandig, anti-Joods, rot stuk, waarin er niet ook maar met één woord afbreuk wordt gedaan aan vooroordelen.” Ondertussen trachtte directeur Fred van der Hilst van het theater De Lantaren een einde aan de actie te maken, door de demonstranten meermalen te verzoeken de zaal te verlaten.

Uiteindelijk werd de opvoering van het stuk afgelast.

Het toneelstuk van de Duitse regisseur en schrijver Rainer Werner Fassbinder gaat over een rijke Joodse projectontwikkelaar die profiteert van de sloop van een oude historische wijk. In het stuk brengt de hoofdpersoon een hoer (dochter van een oud-nazi) om het leven en hij ontloopt zijn straf door zijn goede connecties met het corrupte stadsbestuur. Volgens de actievoerders is het stuk puur antisemitisch en worden antisemitische vooroordelen door de schrijver benadrukt en bevestigd. In Duitsland werd het stuk nooit opgevoerd om dezelfde reden. Fassbinder wilde acht jaar geleden met het Frankfurter Theater het stuk ook al eens opvoeren, maar binnen die theatergroep zorgde het stuk voor nogal wat verzet. Fassbinder nam ontslag. Een film ging een jaar later wel probleemloos in première. De film was voor het eerst te zien in Rotterdam.

Gouvernestraat 141 – Café Poort van Kleve
Op dit adres was een ingang van café Poort van Kleve, dat aan de Nieuwe Binnenweg gevestigd was. Op 4 januari 1917 hield de toneelafdeling van ‘Touras Chajiem’ hier een avond in verband met chanoeka. Er werden verschillende toneelstukjes opgevoerd.

 

 

bron:
algemene informatie www.engelfriet.net, lemma straatnamen (geraadpleegd 9 oktober 2018)
“Bond voor Joodsche Jongelieden.”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 22-09-1916. Geraadpleegd op Delpher op 09-10-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010860472:mpeg21:a0040
“LIEFDEGIFTEN.”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 01-12-1916. Geraadpleegd op Delpher op 09-10-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010860482:mpeg21:a0045
“TOURAS CHAJIEM.”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 30-12-1921. Geraadpleegd op Delpher op 09-10-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010860188:mpeg21:a0071
www.bonas.nl, lemma Odeon (geraadpleegd 9 oktober 2018).
“TWINTIGJARIG BESTAAN „JOODSCH GEMEENTEBELANG”.”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 06-11-1925. Geraadpleegd op Delpher op 09-10-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010871888:mpeg21:a0048
“ZICHROUN JANGAKOUF.”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 21-12-1928. Geraadpleegd op Delpher op 09-10-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010858065:mpeg21:a0075
“GROEPSRAAD-ROTTERDAM”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 04-12-1936. Geraadpleegd op Delpher op 09-10-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010871374:mpeg21:a0087
“WEER EEN BROOD- EN BANKETBAKKERIJ O.R.T. TE ROTTERDAM”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 02-08-1940. Geraadpleegd op Delpher op 09-10-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010858243:mpeg21:a0052
“Opvoering Het Vuil met protest verhinderd door Saskia Bosch”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 20-11-1987. Geraadpleegd op Delpher op 09-10-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010859489:mpeg21:a0001
http://www.dagvantoen.nl/joodse-demonstranten-maken-omstreden-voorstelling-onmogelijk/ (geraadpleegd 9 oktober 2018).
Abram Cohen: Albert Willem Oosthoek, Nieuw licht op liquidaties, Knokploegen in Rotterdam 1944-1945, proefschrift (Rotterdam 2015) 361
Stadsarchief Rotterdam, Abram Cohen, 494-03 Archief van de Gemeentesecretarie Rotterdam, afdeling Bevolking: bevolkingsboekhouding van Rotterdam en geannexeerde gemeenten, inventarisnummer 573, pagina 131
Advertentie Ons Huis. “Rotterdamsch nieuwsblad”. Rotterdam, 26-01-1920, p. 18. Geraadpleegd op Delpher op 14-07-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010493553:mpeg21:p018
Nederlandse Zionistenbond, De joodsche wachter. halfmaandelijksch orgaan voor Groot-Nederlands jodendom, jrg 20, 1924, no 49, 22-12-1924. Geraadpleegd op Delpher op 14-07-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005440049:00001
Joodsche Vrouwenvereniging, De joodsche wachter; halfmaandelijksch orgaan voor Groot-Nederlands jodendom, jrg 24, 1928, no 20, 18-05-1928. Geraadpleegd op Delpher op 14-07-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005441072:00001
Rosj Hasjana, Het Joodsche weekblad; uitgave van den Joodschen Raad voor Amsterdam, jrg 1, 1941, no 24, 19-09-1941. Geraadpleegd op Delpher op 14-07-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA16:020994024:00001

Illustratie:
“Opvoering Het Vuil met protest verhinderd door Saskia Bosch”. “Nieuw Israelietisch weekblad”. Amsterdam, 20-11-1987. Geraadpleegd op Delpher op 09-10-2018, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010859489:mpeg21:a0001
Stadsarchief Rotterdam, beeld en geluid, PBK-1985-191 Gouvernestraat vanaf de West-Kruiskade. Links kruidenier Leenheer en rechts een filiaal van de Rotterdamse Melk-Inrichting. 1900. Prentbriefkaarten verzameld door het Stadsarchief Rotterdam, toegangsnummer 4029
Rosj Hasjana, Het Joodsche weekblad; uitgave van den Joodschen Raad voor Amsterdam, jrg 1, 1941, no 24, 19-09-1941. Geraadpleegd op Delpher op 14-07-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA16:020994024:00001.
Zionistenbond, ons huis, Weekblad voor Israëlietische huisgezinnen; uitgegeven vanwege de Vereeniging van Joodsche Wetenschappen te Rotterdam, jrg 65, 1934, no 14, 05-04-1934. Geraadpleegd op Delpher op 26-10-2022, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUBA15:005427066:00001.

gepubliceerd:
9 oktober 2018

laatst bijgewerkt:
26 oktober 2022